Vandaag zag ik er weer een. Een onzinnig bordje. Bij een plaatselijke supermarkt wordt de sigaretten- en pillenbalie afgesloten door een halfhoog hekje. Om te voorkomen dat klanten denken dat het daar ook zelfbediening is. Nou laten sommige klanten zich kennelijk niet tegenhouden door zo’n poortje, dus hangt er een bordje op. DIT IS GEEN DOORGANG. Oh nee? Wat is het dan? Een wasrek ofzo?
Een ook veel voorkomende suffigheid is het overbekende bordje bij garderobes in openbare gelegenheden. DE DIRECTIE STELT ZICH NIET AANSPRAKELIJK VOOR ZOEKGERAAKTE VOORWERPEN. Dit is er zelfs eentje van de buitencategorie qua suffigheid. Als ik mijn jas kwijt ben die ik daar heb opgehangen, hóeft de directie zich namelijk helemaal niet aansprakelijk te stellen. Dat doe ik wel! Nog suffer is dat de directie feitelijk iets anders bedoelt dan er wordt gesteld, namelijk dat de klant de directie niet aansprakelijk kan stellen voor een gejatte jas. En de genoemde buitencategorie wordt bereikt doordat het bedoelde óf een pertinente leugen is óf een onvergeeflijke stommiteit. De eigenaar van een garderobe, openbaar of niet, is namelijk altijd verantwoordelijk- en dus aansprakelijk! - voor het spul wat daar ter bewaring wordt afgegeven. ‘t Is maar dat je het weet. Als je een jas, plu of muts niet terug krijgt van zo´n bonnetjesjuf, dan dien maar een rekening in. En als die niet binnen de wettelijke termijn van twee weken betaald is, dan volgt de herinnering en na weer twee weken mag u het bedrag met 40% verhogen. Als er dan nog niks gestort is, volgt de gang naar de rechter. Daar komt Meneer De Directeur dan op hoge poten vertellen dat u nergens recht op heeft omdat er toch duidelijk zichtbaar een bord hangt dat de directie zich niet aansprakelijk stelt voor zoekgeraakte goederen. Zodra de rechter is uitgelachen veroordeelt hij de directeur tot onmiddellijke betaling van het gevorderde en de gerechtskosten. En waarschijnlijk geeft hij de persoon (LHBTIQ+) ook het advies eens een wetboek open te slaan en dat bordje subiet van de muur te schroeven.
Nog een ook veelvoorkomende onzinnigheid. Veel gemeenten worden namelijk t.a.v. hun hiaten in de schrijfwijze van doodnormale woorden gered door de pictogrammencultuur. Daardoor staat er op veel parkeerplaatsen een blauw bord met een manneke in een rolstoel, waarmee voor de meeste mensen duidelijk is dat die plaats gereserveerd is voor de Minder Mobiele Medeweggebruiker (MMM). Daar komt dus geen letter aan te pas en dat is maar goed ook want in de ambtelijke stukken die vooraf gingen aan de plaatsing van het bord, wordt continu, constant en consequent (ccc) gerept over de ‘invalide parkeerplaats’. Duidelijk toch? Je hebt invalide kinderen, invalide mannen en invalide vrouwen. En er zijn ook invalide parkeerplaatsen. En die hebben er net als hun lotgenoten een pesthekel aan dat ze anders/omzichtiger behandeld worden vanwege hun handicap. Het is heus niet zo dat een invalide parkeerplaats te zwak is om een personenauto binnen de lijntjes te houden, hoor. Dus daar kun je rustig gaan staan.
Dat ambtenaren wel vaker de weg kwijt zijn op het parkeerterrein laat de gemeente Leusden zien. Daar werden twee plaatsen ingericht voor stekkerauto’s. Dat die allebei bij de Rabobank voor de deur zijn heeft niks te maken met steekpenningen, smeergeld of corruptie en alles met toeval. Enfin, dat was dus een nieuwigheidje en er moest voorkomen worden dat gewone smerige vieze vervuilauto’s op zo’n plek zouden gaan staan en de Rabomedewerkers hun auto dan van lieverlee moesten duwen. Daarom werden er bordjes geplaatst met de tekst ‘Opladen elektrische auto’. Klaarblijkelijk is er op de afdeling ‘verkeer’ discussie geweest over de schrijfwijze, waar ze het niet over eens werden. Dus een compromis gesloten: Links stond ‘Opladen elektrische auto’’ en bij de parkeerplaats daarnaast ‘Opladen electrische auto’. Zoek de verschillen en kleur de plaatjes….
- Details
- Hits: 20
Dat sportverslaggevers over het algemeen meer verstand van sport dan van verslaggeven hebben, is wel bekend. Het wordt nog erger als deze mensen gaan ‘interviewen’. Het schijnt dat je in die kringen vooral scoort met een goeie ‘quote’. Meestal blijft het 0-0…..; veel gescoord wordt er niet. Een quote die de moeite waard is gaat namelijk doorgaans vooraf door een goeie vraag. Legendarisch is natuurlijk de onnozele vraag aan Sjaak Swart na een wedstrijd waarin hij een mooie goal had gemaakt. “Wat ging er door je heen?” Deze draak is vandaag de dag vervangen door een eigentijdse dito: “Hoe ga je om met de druk?” Nou is dat best wel een vraag die een mooie quote op zou kunnen leveren analoog aan het antwoord van Sjakie (‘Ik moest toevallig toch die kant op, dus ik dacht laat ik die bal dan maar meenemen’). Ik zou in zo’n geval antwoorden: “Oh, dat is geen probleem. Ik heb een veiligheidsventiel in mijn kop.”
Sportverslaggevers hebben ook een onverklaarbare drang om dingen mooier te maken dan ze zijn. Hoewel, mooier? Is nodeloos ingewikkeld doen mooier of is die neiging een gebrek aan eigenwaarde? Ik kan me niet voorstellen dat een sporter dingen zegt als: “Omdat ik zo hard heb geknokt om hier te staan is het extra pijnlijk je te realiseren dat een aantal externe factoren een grote impact hebben gehad op mijn mentale en fysieke welzijn.” Toch werd deze frase letterlijk als quote van een olympiër geprint. Dit soort dingen hoor ik sporters nooit op radio of tv zeggen. Dat zeggen ze wel, maar dan gewoon zoals jij en ik: “Ik heb mijn stinkende best gedaan en dan is het behoorlijke klote als het niet lukt een goede prestatie te leveren.” En wat is daar mis mee? Voor iedereen begrijpelijk, kort en krachtig.
Ik vermoed een vicieuze cirkel in dit wereldje. Collega-sporters lezen namelijk dat hun concurrent van die onwijs interessante dingen heeft gezegd. Dus dat willen ze op zijn minst evenaren, of beter nog: overtreffen. Maar ja, hoe kom je hooggeletterd over als je dat niet bent? Een paar steekwoorden napraten lukt nog wel, dus dan komen de platitudes. “Het is mijn passie en daarom ga ik ervoor en ondanks de bijna moordende druk leg ik de lat steeds weer hoger. Want als ik daar sta, stijg ik boven mezelf uit.” Dat horen de collega’s van de man die de mic vasthoudt weer en die zijn jaloers dat die gast zo’n mooie quote had. Dat willen ze dan overtreffen en dan worden de eenvoudige eerlijke antwoorden van de sporters hoogdravender gemaakt. Vaak draaft dat zó hoog dat zelf Bonfire er niet aan kon tippen. Trouwens, Anky van Grunsven is een van de weinige sporters die zich daar nooit schuldig aan maakte en gewoon op z’n Errups zei dat “d’r perd t goed gedoan hai. En dè kumt ok wel umdè-tie van dizze muziek houdt, geleuf ik". Dat wordt dan op de sportpagina: “Bonfire zat vandaag goed in de teugel en effectueerde mijn aanwijzingen voortreffelijk. Daarbij heb ik in het verleden gemerkt dat hij gevoelig is en dat het niveau van zijn prestaties fluctueert met de muziek. Zijn stamboom heeft veel Europese branches en daarom heb ik de negende symfonie van Beethoven gekozen voor deze allesbepalende kür. De ervaring heeft me namelijk geleerd dat hij daar altijd goed op acteert.”
- Details
- Hits: 21